Meer dan 50.000 mensen vliegen naar Belém; het regenwoud betaalt de rekening
Wie het nieuws een beetje volgt, weet dat er meer dan 50.000 mensen samen zijn gekomen in Belém, een stad waarvan de naam in het Portugees “Bethlehem” betekent. Voor deze speciale gelegenheid veranderde de stad in een soort tijdelijk pelgrimsoord voor iedereen die denkt iets wezenlijks bij te dragen: van serieuze wetenschappers en gemotiveerde activisten tot bezorgde inheemse vertegenwoordigers die al generaties lang voor hun land opkomen. En ja, daarnaast ook de gebruikelijke stroom bezoekers: de beroepsmatige karavaan van politici, aangevuld met ambtenaren, diplomaten, journalisten, lobbyisten, vertegenwoordigers van grote milieubewegingen en een leger aan consultants, mensen die vooral in zichzelf lijken te geloven en vaak weinig binding hebben met klimaat of milieu. Alles keurig aangekleed met badges, koffie, wifi-netwerk, selfies en gelikte Power-Point-presentaties.
De meesten zullen nog nooit van Belém hebben gehoord, maar tijdens de klimaatconferentie is het ineens “the place to be”. Alleen: hoe kunnen 50.000 mensen samen tot een serieuze beslissing komen? Het geheel oogt eerder als een verkapt feestje, een klimaatgala voor de goede sier, zorgvuldig verpakt als “het goede doel”, helaas grotendeels gefinancierd door de belastingbetaler.
Ik zit achter de tv en luister naar de verslaggever rechtstreeks uit Belém. Ze heeft het juiste masker op; ze weet precies hoe je gebakken lucht met een overtuigende toon verkoopt. Niet haar kennis, maar haar toon en framing bepalen welke kleur de boodschap krijgt. En is er even geen nieuws? Dan verzint ze wel iets om het gat te vullen, de uitzending moet immers coûte que coûte gevuld worden.
Om te laten zien dat ze “goed bezig is” en niet voor niets helemaal naar Belém is afgereisd, stelt ze Wopke Hoekstra, onze klimaatcommissaris, een vraag in de trant van: “Denkt u dat deze conferentie nog tot afspraken leidt?” Alsof die afspraken iets uitmaken; we weten inmiddels dat veel van die afspraken loze woorden zijn. Zo neemt de wereldwijde CO₂-uitstoot, (het allerbelangrijkste doel) nog steeds jaarlijks toe, lezen we in rapporten van toonaangevende instanties zoals het International Energy Agency en andere gezaghebbende bronnen.
Natuurlijk laat onze Europese klimaatcommissaris die onzinnige vraag niet onbeantwoord en gebruikt de gelegenheid om met een gewichtige blik en een strak gezicht, alsof de wereld op het punt staat te vergaan, een nóg algemener, niks zeggend antwoord te geven. Ik vraag me werkelijk af of het klimaat hem iets interesseert, of dat hij daar zit als plichtsgetrouwe CDA’er die na zijn politieke afgang toch nog een hoge Europese post mocht bekleden dankzij het bekende old boys network. En ja, zo werkt dat nu eenmaal in de Haagse en Brusselse kringen. Als dit in Midden-Amerika of Afrika gebeurt, heet het vriendjespolitiek, kenmerkend voor bananenrepublieken.
Ik zal me niet wagen aan een schatting van de hoeveelheid CO₂ die is uitgestoten om al die 50.000 mensen naar Belém te krijgen, noch aan de uitstoot voor de infrastructuur en accommodatie die speciaal voor dit evenement zijn opgetuigd. Maar ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat klimaatverandering allang een verdienmodel is geworden. Een trekpleister voor opportunisten die hun kans schoon zien: congressen organiseren, consultancy leveren, rapporten en visualisaties verkopen, zichzelf politiek profileren en zoveel mogelijk klimaatconferenties bezoeken. Veel praten, weinig dóen.
Gelukkig zijn er genoeg mensen aanwezig die wél uit overtuiging komen, onderzoekers, activisten en vertegenwoordigers van bedreigde gemeenschappen. Maar hun stem verdwijnt volledig in het geroezemoes van lobbyisten, politici, delegaties en diplomaten die vooral komen opdagen voor de bühne.
Mijn grote zorg blijft: wat hebben de bomen, de bossen hieraan?
In Nederland werd enige tijd geleden met veel bombarie de zogenaamde Bossenstrategie gelanceerd: in 2030 moet er 10% bos bij komen. Mooie ambitie. Maar tot op heden is nog geen 10% van de benodigde 37.000 hectare gerealiseerd en 2030 komt akelig dichtbij. Het klinkt leuk om zulke ambities te roepen wanneer het klimaat ‘hot’ is, maar inmiddels scoort klimaatbeleid politiek nauwelijks meer: bouwen, bouwen, bouwen is het nieuwe credo. Dat klinkt in deze tijd van woningnood natuurlijk een stuk beter. Onze voormalige klimaatdrammer, Rob Jetten, heeft zich inmiddels om laten scholen tot architect en stedenbouwkundige die wel tien nieuwe steden wil bouwen, asjemenou!
En ondertussen? Volgens WWF verdwijnt wereldwijd iedere dag het equivalent van een voetbalveld bos per twee seconden.
Waar moet dit heen? Wanneer stoppen we met onszelf op de borst kloppen en gaan we écht, structureel iets doen voor de bomen, de bossen en het klimaat? Of blijven we praten, Power-Point-presentaties geven, selfies maken en hopen dat het goedkomt… terwijl het bos ondertussen verdwijnt?
...op hete kolen...
De opwarming van de aarde en de CO2-problematiek behoren tot de meest urgente vraagstukken van onze tijd. In het boek ...op hete kolen... worden de vele aspecten van klimaatverandering en CO2-uitstoot op een begrijpelijke manier uitgelegd. Het boek biedt een uitgebreide verzameling van bekende en minder bekende informatie, verrijkt met persoonlijke ervaringen. Versnipperde milieukwesties worden samenhangend gepresenteerd; pittige en controversiële meningen worden niet uit de weg gegaan.
Misschien vind je dit ook interessant
Zonnetorens: een dure les
Zonnetorens, ook wel concentrated solar power-torens (CSP) genoemd, gebruiken honderden tot duizenden beweegbare spiegels (heliostaten genoemd) om zonlicht te concentreren op één punt hoog in een toren. Daar wordt een vloeistof of zoutmengsel verhit tot wel 500 of zelfs nog hogere temperaturen.
Een boek dat mij (nog meer) aan het denken zette
Kortgeleden las ik het boek “Sterrenstof zijn wij” van sterrenkundige Margot Brouwer. Het boek combineert natuurwetenschappen, religie en filosofie op een manier die zowel mijn vakgebied raakt als mijn persoonlijke interesse prikkelt. Eén hoofdstuk sprong er voor mij echt uit...
Hoe wij de natuur tot grondstof maakten
Ik ben rooms-katholiek opgevoed. Op de lagere school, toen heette dat nog zo, leerden fraters me hoe ik moest bidden, wat zonde was en dat ik mijn naasten lief moest hebben. De catechismus kon ik foutloos van achteren naar voren opdreunen. Later, op de middelbare school, gaf ...
Schrikken wij niet van al die bosbranden en hittegolven?
De steeds terugkerende hittegolven en bosbranden in Zuid-Europa zijn geen toevallige verschijnselen maar tekenen van een dieperliggend probleem: het verdwijnen van bossen. Hoewel vaak wordt gewezen naar CO₂-uitstoot ...